Tekst: <p>De uitbreiding en vernieuwing van het conferentiecentrum van Kirchberg (CCK) is belangrijk in het kader van de Europese rol die Luxemburg speelt. De minister van Openbare Werken stelt hiermee een noodzakelijk instrument ter beschikking om in de best mogelijke omstandigheden de vergaderingen van de Raad van een uitgebreide Europese Unie te laten plaatsvinden.</p>
<p>De tweede uitbreiding van het conferentiecentrum betreft het perscentrum. Het nieuwe, vijf verdiepingen tellende gebouw is een constructie met staal-betonstructuren.</p>
<p>Voor het ronde dak van de tweede conferentiezaal werd voor een stalen structuur gekozen. Het wordt gevormd door een systeem met radiale balken (HEA 300) met een diameter van 31,2 m dat rust op een ringbalk. Dankzij een studie van verschillende modellen konden de horizontale krachten afhankelijk van de hoogte van het vakwerk worden bepaald. Om de niveaus opgelegd door de architect te respecteren en torsie op de betonnen ringbalk te voorkomen, zijn een originele geometrie en statisch systeem ontworpen: één steunpunt per balk, heel precies geplaatst, met flenzen volledig op druk belast.</p>
<p>Een nieuwe metalen passerelle met glas zal het perscentrum met de bestaande halve cirkel verbinden.</p>
Tekst: <p>Le tunnel le plus bas de Gand a fait l’objet d’une rénovation remarquable. Il a été habillé d’un remarquable auvent en acier et semble inviter à emprunter le passage sous la voie ferrée.<br>
Ce tunnel à Ledeberg est très important pour les cyclistes et les piétons. </p>
Tekst: Le point de départ de la façade a été un système qui pouvait en même temps servir de structure portante, de profil de fenêtre et de support de rayonnage. On a donc opté pour l’acier. La distance des colonnes a été déterminée de manière à créer un dimensionnement optimal. L’entraxe des colonnes est de 1 m. Pour éviter des contreventements, les colonnes ont été installées sous la forme de cadres. De cette manière, elles ont pu être placées avec une tolérance de placement minimale.
Tekst: <p>In het midden van Kiemplein in Capellen (LU) staat een multifunctioneel paviljoen met een bushokje, fietsenstalling, openbare toiletten en een dienstruimte. Het trapeziumvormige paviljoen past harmonieus bij de op maat gemaakte vloerplaten die het plein bedekken.</p>
<p>Het paviljoen valt op door de open structuur en is voornamelijk gebouwd van staal koolstofstaal S235, een materiaal dat gewaardeerd wordt om zijn mechanische kwaliteiten en veelzijdigheid. In dit project is het staal behandeld tegen corrosie en gecoat met een witte verf die speciaal is aangepast aan de klimatologische omstandigheden en een optimale duurzaamheid garandeert bij slecht weer en temperatuurschommelingen. Deze behandeling verlengt de levensduur van de structuur terwijl het esthetische uiterlijk na verloop van tijd behouden blijft.</p>
<p>De esthetiek van de ruimte wordt gekenmerkt door een minimalistisch, geometrisch en overzichtelijk ontwerp. Het paviljoen weerspiegelt het trapeziumvormige patroon van de betonnen platen, die ook op maat zijn gemaakt. Het wit en de transparantie van de structuur creëren een indruk van lichtheid en passen perfect in de omgeving.</p>
Tekst: <p>Les coteaux de la Citadelle, situés sur l’une des collines les plus escarpées de Liège, offrent un magnifique point de vue sur la cité et son fleuve. Le souhait d’une structure élancée, la finesse des rives et un porte-à-faux conséquent ont naturelle-ment conduit au choix de l’acier. De plus, le flanc de colline fort escarpé sur lequel repose l’ouvrage permettait difficilement de concevoir la structure dans un autre matériau. <br>
Constituée d’une plate-forme d’observation d’environ 45 m² et d’un escalier de 50 m de long le reliant
à un sentier, cet ouvrage fait partie intégrante des circuits piétonniers de découverte touristique de la ville de Liège. L’intégralité de la structure constituant la plate-forme - les 2 volées d’escaliers, le palier et les garde-corps - sont réalisés en acier auto-patinable et reposent sur des fondations en béton.</p>
Tekst: <p>De flanken van de Citadel, gelegen op één van de steilste heuvels van Luik, bieden een schitterend zicht op de stad en haar rivier. Omdat het platform dat men wilde bouwen een slanke structuur moest hebben, de randen fijn en de oversteek ruim dien-den te zijn, was de keuze voor staal logisch. De steile helling waarop het kunstwerk rust, maakte de structuur in een ander materiaal dan staal quasi onmogelijk. <br>
Het bestaat uit een uitkijkpost van ongeveer 45 m2 en een trap van 50 m die het platform verbindt met een pad. Het maakt integraal deel uit van de toeristische ontdekkingsroutes voor wandelaars van de stad Luik. De volledige structuur die het platform, de twee traparmen, de overloop en de reling vormen, zijn uitgevoerd in weervast staal en rust op betonnen funderingen. </p>
Tekst: <p>Het pompstation Sudcal bevindt zich aan de noordoostelijke ingang van de stad Esch-sur-Alzette. Het betreft een technisch gebouw dat tot doel heeft energie op te slaan en te transporteren als stadsverwarming in de periferie. <br />De keuze om staal te gebruiken voor de bekleding van het gebouw kan worden verklaard door de mogelijkheden die dit materiaal biedt. Het vlechtwerk uit roestvrij staal laat voor 60% de lucht door, wat betekent dat de door de technici vooropgestelde waarden worden gerespecteerd. Bovendien wordt tegemoetgekomen aan de eis van de architect dat de ventilatieroosters niet zichtbaar zouden zijn. <br />Het vlechtwerk is om de 3 m verticaal bevestigd met oogschroeven en wordt opgespannen door een klem met veer. Voor de pompzaal hebben de metalen stroken van het vlechtwerk een breedte van 2,00 m en een lengte van 6,60 m, voor het buffervat zijn ze 2,50 m breed en 14,00 m lang. Aangezien de stroken geprefabriceerd werden geleverd, was de tijd voor de montage erg kort.</p>
Tekst: De Waterkuil, een mergelgrottencomplex in Vechmaal, is een van de belangrijkste overwinterplaatsen van vleermuizen in Limburg. Sinds 2007 ging de populatie echter achteruit door ongewenste bezoekers die er fossielen zochten of feestjes hielden. De architect-ontwerper bedacht kunstige poorten in weervast staal ('corten') om de vijf ingangen van de Waterkuil af sluiten. Vleermuissilhouetten doen daarbij dienst als invliegopeningen.
Plaats: Sint-Martinustraat, Vechmaal-Heers
Opdrachtgever: Regionaal Landschap Haspengouw en Voeren, Kortesse
Tekst: <p>Le projet consiste dans la réalisation d’un portail d’entrée monumental pour le Musée Grand Curtius à Liège. Les dimensions sont de ± 4.500 x 4.700 mm pour un poids de 2.500 kg. Le portail est formé d’un cadre acier à traverses horizontales en plat de 250 mm x 10 mm. L’habillage extérieur est réalisé en tôle acier de 5 mm formant un relief en creux alors que l’habillage intérieur, pour des raisons esthétiques est revêtu d’une tôle d’aluminium. Vu son poids, pour faciliter la manœuvre et limiter l’aire d’encombrement, le portail est monté sur un pivot (pièce usinée sur mesure) et est motorisé. Le moteur est complètement intégré de manière invisible dans le portail. Les plans de détail ont été développés sur base de l’idée architecturale ; l’étude et le dimensionnement des divers éléments, avec l’aide d’un Ingénieur Conseil, ont permis de conserver le design, en intégrant la fonction de motorisation et tous les renforts nécessaires (tendeurs intérieurs, manchonnage, …) Tous les éléments en acier ont été traités par sablage, métallisation et thermo laquage.</p>
Tekst: La maison date du début du XVIIIe siècle. Sa rénovation a pris une dizaine d’années. Cerise sur le gâteau, la grille d’entrée a été remplacée par un portail en acier auto-patinable ('corten'). Le maître d’ouvrage souhaitait une tôle perforée comme pour la porte d’entrée mais il voulait que cela ait du sens : les trous dans les ouvrants déroulent les vers du poème ‘L’Albatros’ de Charles Baudelaire en utilisant le code des anciens Télex.
Tekst: Le Waterkuil, un complexe de grottes marneuses à Vechmaal, est l’un des lieux d’hivernage les plus importants pour les chauves-souris au Limbourg. Depuis 2007, la population diminuait toutefois en raison de visiteurs indésirables qui y cherchaient des fossiles ou organisaient de petites fêtes. L’architecte-concepteur a imaginé des portiques artificiels en acier résistant aux intempéries (« corten ») pour fermer les cinq entrées du Waterkuil. Des silhouettes de chauves-souris servent ici d’accès pour ces animaux.
Plaats: Sint-Martinustraat, Vechmaal-Heers
Opdrachtgever: Regionaal Landschap Haspengouw en Voeren, Kortesse
Tekst: <p>Voor het project W16 dat uit 3 bouwdelen bestaat werd de kwaliteit door een in elkaar vloeiende reeks van verschillende ruimtes op een eigentijdse manier opgewaardeerd. Zo werd een nieuw volume gecreëerd dat de verbinding tussen de bestaande gebouwen maakt. Aan de sobere gevelcompositie van het gebouw Van Kuyck werd een tweede laag toegevoegd. Het scherm van horizontale inox passerelles en verticale getorste glazen lamellen brengt de gevel van het gebouw in de lijn van de boulevard. Voor het concept was het belangrijk dat de kaders van de glaslamellen zo fijn mogelijk werden gerealiseerd maar moest ook worden rekening gehouden met de windkracht, glasdikte, spanningen in het glas en uitzetting van het glas en kader bij opwarming. Hiervoor was inox de beste materiaalkeuze. Het voldoet aan zowel alle technische als esthetische eisen.</p>
Tekst: <p>Pour le projet W16 constitué de trois parties bâties, la qualité d’une série d’espaces différents s’imbriquant les uns aux autres a été revalorisée de manière contemporaine. Un nouveau volume a ainsi été créé pour relier les bâtiments existants. Une seconde couche a été ajoutée à la composition sobre de la façade du bâtiment Van Kuyck. L’écran de passerelles horizontales en inox et de lamelles de verre verticales torsadées ramène la façade du bâtiment dans le plan du bâti du boulevard. En termes conceptuels, il était important que les cadres des lamelles de verre soient réalisés de la manière la plus fine possible, mais il fallait aussi tenir compte de la force du vent, de l’épaisseur du verre, des tensions dans le verre ainsi que de la dilatation du verre et du cadre sous l’effet de la chaleur. L’inox était à cet égard le meilleur choix de matériau. Il satisfait en effet aussi bien aux exigences techniques qu’esthétiques. </p>
Tekst: Bij de renovatie van dit herenhuis werden ook alle trappen vernieuwd. Architect en bouwheer kozen voor een fijne metalen constructie: een geplooide plaat van 4 mm voor de treden, massief vierkant van getrokken staal 20/20 mm voor de trapbomen, in combinatie met 10 mm voor de balustrades. Blank staal met een matte vernisafwerking versterken deze luchtige structuur.
